Bestanden
De bestandsomvang van geep in de Nederlandse wateren is onbekend.
UIT DE VISSERIJPRAKTIJK
Om gegevens te krijgen van de hoeveelheden geep in de Waddenzee zijn we afhankelijk van vangsten met vistuigen die direct onder de wateroppervlakte vangen, zoals drijfnetten, ankerkuilen, de weervisserij , grote hokfuiken en drijvend hoekwant. Dat zijn vangtuigen die niet structureel gebruikt worden en dus kunnen gegevens niet systematisch verzameld worden.
Uit proeven met de ankerkuil en de hoekwantvisserij met drijvende lijnen blijkt dat er in ieder geval in de Eems een redelijk grote hoeveelheid geep voorkomt (experimenten SGV/ TM9). Dat is opvallend, want de geep is een zichtjager en ‘t Eemswater is troebel. Zijn voorkomen vlak onder de wateroppervlakte zal hierbij doorslaggevend zijn.
In andere delen van de Waddenzee zijn minder waarnemingen gedaan, maar omdat de omstandigheden daar waarschijnlijk gunstiger zijn voor de geep (helder water), verwachten we aanzienlijke hoeveelheden geep.